De plenaire vergadering van het Europees parlement heeft de oprichting van een speciale Monsanto commissie goedgekeurd. “Het voorstel kwam er op vraag van de Europese sociaal-democraten, ondermeer van mijn Franstalige collega Marc Tarabella,” zegt Europees parlementslid Kathleen Van Brempt. In januari gaf de Conference of Presidents (COP), de vergadering van fractievoorzitters van de verschillende partijen in het Europees parlement, al groen licht voor de oprichting van de Monsanto commissie.

 

De speciale commissie zal de erkenningsprocedures voor plantenbeschermingsmiddelen en pesticiden onderzoeken naar aanleiding van de hernieuwing van de licentie van glyfosaat, de omstreden actieve stof in producten zoals Round Up, voor de periode van vijf jaar in november vorig jaar. “We hebben geopteerd voor een speciale commissie en niet voor een onderzoekscommissie omdat die laatste enkel een onderzoek kan voeren naar vermeende inbreuken op de wet, terwijl een speciale commissie veel verder kan gaan en de hele erkenningsprocedure voor alle pesticiden kan onderzoeken.”

 

De commissie zal ondermeer mogelijke tekortkomingen in het gebruik van wetenschappelijk onderzoek tijdens erkenningsprocedures onder de loupe nemen, nadat is gebleken dat multinationals zoals Monsanto wetenschappelijk onderzoek manipuleerden. De commissie onderzoekt eveneens mogelijke belangenconflicten bij dergelijke erkenningsprocedures. Zo kwam aan het licht dat het Europese Voedselagentschap EFSA tientallen pagina’s van een door Monsanto bestelde studie kopieerde in een rapport dat tot de conclusie kwam dat het ‘onwaarschijnlijk is dat glyfosaat het risico op kanker bij mensen verhoogt’. “Nochtans is het de bedoeling dat het EFSA een onafhankelijke analyse maakt tijdens erkennings- of hernieuwingsprocedures,” zegt Van Brempt. “Over die onafhankelijkheid zijn grote vragen gerezen. Ook de Duitse regulator, het Federaal Instituut voor risicoanalyse, zou nauw hebben samengewerkt met Monsanto en zich grotendeels gebaseerd hebben op gegevens van de chemische industrie, waaronder rapporten van de industriële lobbygroep Glyphosate Task Force, zonder daarvan melding te maken. Drie leden van het Duitse expertencomité bleken ook te werken voor de pesticide-industrie.” 

 

Vorig jaar besloot het Europees parlement al om lobbyisten van Monsanto niet meer toe te laten in de gebouwen van het Europees parlement.

 

“Het is de bedoeling dat we de erkenningsprocedures voor pesticiden weer helder krijgen, zodat alle gegevens transparant zijn en gebaseerd op objectief en onafhankelijk onderzoek. Het is onaanvaardbaar dat toxische stoffen goedgekeurd worden op basis van schijnbaar wetenschappelijke onderzoeken die geheim moeten blijven. In het geval van pesticiden zou het toelatingsbeleid gebaseerd moeten zijn op onderzoek dat besteld werd door de overheid en niet op onderzoek dat privaat gefinancierd werd,” vindt Van Brempt. “Ook zou de gezondheids- en milieuschade van dergelijke bestrijdingsmiddelen onder de aansprakelijkheidsrichtlijn moeten vallen. De Unie zou nu ook bindende doelstellingen moeten vastleggen voor de afbouw van het gebruik van schadelijke gewasbeschermers. Het parlement had overigens gevraagd om het gebruik van glyfosaat te laten uitdoven.”

 

De speciale commissie zal uit dertig parlementsleden bestaan en gedurende negen maanden aan de slag gaan.